In Nederland hebben antisemitische uitingen op de gevel van het Anne Frank Huis in Amsterdam tot verontwaardiging geleid. Volgens de Anne Frank Stichting hebben onbekenden op de buitenmuren een tekst geprojecteerd waarin staat dat het wereldberoemde dagboek van het vermoorde joodse meisje (1929-1945) een vervalsing is. De Anne Frank Stichting heeft aangifte gedaan. Het dagboek, waarin dochter Anne verhaalt over de onderduikjaren in het achterhuis en dat na de oorlog werd gepubliceerd, is inmiddels uitgegroeid tot een van de meest aangrijpende zelfgetuigenissen van slachtoffers van de Jodenvervolging.Anne Frank schreef haar dagboek in de periode van 12 juni 1942 tot 1 augustus 1944 in Amsterdam, in het achterhuis aan de Prinsengracht 263, gedurende de tijd dat zij ondergedoken zat. Het werd voor het eerst uitgegeven in Duitsland in 1950 door Lambert Schneider Verlag in een oplage van ongeveer 4.500 exemplaren.


Volgens de stichting luidde de tekst op de gevel: "Ann Frank, uitvindster van de biros". Dit is een verwijzing naar een theorie dat het dagboek is geschreven met een biro, die pas na de Tweede Wereldoorlog in omloop kwam. 
Het overweldigende succes van Het dagboek van Anne Frank eind jaren vijftig en begin jaren zestig lokte ook twijfelaars uit die de authenticiteit van het dagboek in twijfel trokken, waarbij ze wezen op de verschillende versies van het dagboek die tot aan de eerste publicatie in 1947 in Nederland waren geproduceerd. De beschuldiging dat het om een vervalsing zou gaan, werd voor het eerst geuit in een Zweedse krant in 1957. In 1958 gingen ook in Duitsland stemmen op; in oktober 1958 beweerde de leraar Lothar Stielau uit Lübeck in het tijdschrift Vereinigung ehemaliger Schüler und der Freunde der Oberschule z. Dom Lübecke e. V. dat het dagboek van Anne Frank, net als de dagboeken van Eva Braun, een vervalsing was. Twijfels over de authenticiteit van dit document, die in verschillende fora werden verspreid, werden ook tientallen jaren gerechtvaardigd met een deskundigenrapport van het Bundeskriminalamt uit 1980.


Het rapport van het Bundeskriminalamt gaf een nieuwe impuls aan de scepsis waarmee hedendaagse historici al jaren het documentaire karakter van het "Dagboek van Anne Frank" bezien. In april van dit jaar 1980 onderzochten technici van het BKA het origineel van het vervalste werk met een stereomicroscoop en een ultraviolette lamp. Correcties "opgeschreven met zwarte, groene en blauwe balpenpasta" bewezen dat de notitieblaadjes pas in 1951 of later waren bewerkt. 
Ook de gepensioneerde Ernst Römer, 76 jaar verspreidde de stelling dat het dagboek een vervalsing was en werd door Otto Frank aangeklaagd. In tweede instantie schakelde Römer het Landgericht Hamburg en het Bundeskriminalamt (BKA) in om de datum van herkomst te achterhalen. Het verrassende resultaat: sommige van de in het origineel geschreven bijlagen, die tot dan toe altijd als identiek met de rest van de tekst waren beschouwd, waren geschreven met balpenpasta, d.w.z. ze dateren van na 1951 - het jaar waarin de biros werd geïntroduceerd. Zeker is dat niet alle regels van Anne Frank afkomstig zijn. Het dagboek is tijdens de publicatie herhaaldelijk gewijzigd. Een originele versie is nooit gepubliceerd. In januari 1946 werd een tweede exemplaar gemaakt. Otto Frank heeft passages die volgens hem 'waardeloos voor de lezer' waren gewoon weggelaten. 
Zo zijn in de officiële versie van het dagboek familiepassages weggelaten die volgens de krantenwetenschapper Kurt Baschwitz vooral "bijzonder onaangename passages over de moeder" bevatten. Albert Cauvern, een Nederlandse journalist was ook betrokken bij het schrijven en bekende later: "In het begin heb ik nogal wat veranderd".
Nu moet men de factor tijd in aanmerking nemen. Na zijn terugkeer uit Auschwitz in 1945 had Otto Frank de door buren in Amsterdam geredde aantekeningen van zijn dochter ontvangen - drie schriften met dagboeken, elk een boekje met korte verhalen en citaten op 324 losse vellen vloeipapier. Otto Frank schreef alles gewoon over. Hoe voelt het om een vader te zijn die eigenlijk niets anders heeft dan een paar velletjes papier van een familielid? Hij had zeker geen idee welke lawine dit dagboek teweeg zou brengen en dat het naast de Bijbel het meest gelezen boek ter wereld zou worden.

Otto Frank overleed in augustus 1980. Hij liet de manuscripten van het dagboek na aan Nederland. Gezien de aanhoudende beschuldigingen van vervalsing gaf het NIOD het Gerechtelijk Laboratorium in Rijswijk opdracht tot een grondig documenttechnisch en grafologisch onderzoek van de voorliggende originele documenten.De enige sporen van bioschrift werden aangetroffen op twee losse bladen tussen de losse pagina's. De schema's VI-I-I en 3 laten zien hoe deze bladen in de bijbehorende plastic hoesjes zijn gestoken. Ten opzichte van de eigenlijke inhoud van het dagboek hebben deze sporen geen enkele betekenis. 
Het handschrift op de bladen wijkt duidelijk af van dat in het dagboek. Een bijbehorende voetnoot voegt daaraan toe: "De Hamburgse psycholoog en door de rechtbank aangewezen handschriftdeskundige Hans Ockelmann heeft in een brief aan het Anne Frank Fonds van 27 september 1987 opgemerkt dat zijn moeder, mevrouw Dorothea Ockelmann, de betreffende teksten in biros heeft geschreven toen zij samen met mevrouw Minna Becker werkte aan een onderzoek van de dagboeken." 
In 2006 kwam het BKA tot de conclusie dat het schrijfmateriaal in de jaren van de Tweede Wereldoorlog algemeen in gebruik was. Ook al zijn sommige zinnen door haar vader of journalisten veranderd, de kern blijft wat hij is, en die is later treffend samengevat door de Sovjet-auteur Ilja Grigorievitsj Ehrenburg: "Eén stem spreekt voor zes miljoen - niet de stem van een wijsgeer of een dichter, maar die van een gewoon klein meisje."


Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *