Dietrich Bonhoeffer’s theorie van domheid

Dietrich Bonhoeffer (* 4 februari 1906 in Breslau; † 9 april 1945 in concentratiekamp Flossenbürg) was een Luthers theoloog, prominent vertegenwoordiger van de ‘Belijdende Kerk’ en betrokken bij het Duitse verzet tegen het nationaal-socialisme.
Dietrich Bonhoeffer werd geboren in de geschoolde middenklasse van Berlijn en groeide op in welgestelde omstandigheden die niet bijzonder kerkelijk waren. Zijn vader Karl Bonhoeffer was professor in de psychiatrie en neurologie aan de Berlijnse Charité. Tot verbazing van zijn familie gaf hij op 13-jarige leeftijd te kennen theologie te willen studeren.
Hij werkte eerst als studentenpastor in Berlijn. Van 1933 tot 1935 aanvaardde hij een predikantspost bij de Duitse protestantse gemeente in Londen. Bonhoeffer is een van de eerste priesters die de kerk in Duitsland oproept om haar stem te verheffen voor de Joden. Hij werkte nauw samen met talrijke tegenstanders van Adolf Hitler. Bonhoeffer speelde later een leidende rol in de “Belijdende Kerk”, die zich openlijk verzette tegen het antisemitisme van Adolf Hitler. Hij riep op tot kerkelijk verzet tegen Hitlers beleid jegens de Joden. De belijdende kerk was niet groot, maar vormde een belangrijke bron van christelijk verzet tegen de nazi-regering. De Gestapo verbood hem eerst om te prediken, daarna om les te geven en tenslotte om in het openbaar op te treden. Hij mocht niet meer spreken in 1940 en niet meer schrijven in 1941.
Op 5 april 1943 werd hij gearresteerd en twee jaar later, op uitdrukkelijk bevel van Adolf Hitler, bij dageraad op 9 april 1945 in Flossenbürg geëxecuteerd door ophanging, slechts drie weken voordat de Sovjets Berlijn innamen en een maand voordat nazi-Duitsland zich overgaf, als een van de laatste nazi-tegenstanders die in verband werden gebracht met de moordaanslag van 20 juli 1944. Net als andere executies in verband met het complot van 20 juli, was deze executie wreed. Bonhoeffer werd uitgekleed, gemarteld en beschimpt door de bewakers en naakt naar de executieplaats geleid.

Dietrich Bonhoeffer gelooft dat domme mensen gevaarlijker zijn dan slechte. Want terwijl wij kunnen protesteren of vechten tegen slechte mensen, zijn wij weerloos tegen domme mensen – argumenten vallen in dovemansoren. De beroemde tekst van Bonhoeffer, licht bewerkt voor deze video, dient als waarschuwing voor elke vrije samenleving over wat er kan gebeuren als bepaalde mensen te veel macht krijgen.

Tekst script van de video:
Het was het donkerste hoofdstuk in de Duitse geschiedenis. Een tijd waarin een opgehitste menigte stenen gooide in winkelruiten van onschuldige winkeliers en vrouwen en kinderen wreed werden vernederd op open straat. Het was in die tijd dat de jonge dominee Dietrich Bonhoeffer zich in het openbaar begon uit te spreken tegen de wreedheden. Na jaren geprobeerd te hebben mensen op andere gedachten te brengen, kwam Bonhoeffer op een avond thuis. Zijn eigen vader vertelde hem dat er twee mannen in zijn kamer stonden te wachten om hem te arresteren.

In de gevangenis begon Bonhoeffer na te denken over hoe “zijn land van dichters en denkers” was veranderd in een “collectief van lafaards, oplichters en misdadigers”. Uiteindelijk kwam hij tot de conclusie dat de oorzaak van het probleem niet bij kwaad opzet maar bij domheid lag.
In zijn beroemde brieven vanuit de gevangenis betoogde Bonhoeffer dat domheid een gevaarlijker vijand van het goede was dan boosaardigheid. Want “terwijl tegen het kwaad kan worden geprotesteerd en het kan worden ontmaskerd en voorkomen door het gebruik van geweld, zijn wij weerloos tegen domheid. Noch protesten noch het gebruik van geweld bereiken hier iets. Argumenten vallen in dovemansoren.”

Feiten die het vooroordeel van een dom persoon tegenspreken hoeven gewoon niet geloofd te worden, en als ze onweerlegbaar zijn, worden ze gewoon terzijde geschoven als onbelangrijk, als naast de kwestie. In dit alles, is de domme persoon zelfgenoegzaam. Hij is snel geïrriteerd en wordt gevaarlijk als hij in de aanval gaat. Daarom is meer voorzichtigheid geboden in de omgang met een dom persoon dan met een kwaadwillige. Als we willen weten hoe we domheid kunnen overwinnen, moeten we proberen de aard ervan te begrijpen. Zoveel is zeker: domheid is in wezen geen intellectueel, – maar een moreel gebrek. Er zijn mensen die opmerkelijk intellectueel behendig zijn en toch dom. – En anderen die intellectueel saai zijn, – maar allesbehalve dom.
Men heeft minder de indruk dat domheid een aangeboren gebrek is dan dat mensen onder bepaalde omstandigheden dom worden. Of liever, dat ze dit met hen laten gebeuren.

Mensen die in eenzaamheid leven vertonen dit gebrek minder vaak dan individuen in groepen. Het lijkt er dus op dat domheid minder een psychologisch dan een sociologisch probleem is.Het blijkt dat elke sterke toename van macht, of die nu politiek of religieus is, een groot deel van de mensheid besmet met domheid. Het is bijna alsof dit een sociologisch-psychologische wet is, volgens welke de macht van de een de domheid van de ander nodig heeft. Het proces dat hier aan het werk is, is niet dat bepaalde menselijke vermogens, – zoals het intellect, – plotseling falen. Het lijkt er veeleer op dat de mens, onder de overweldigende invloed van de toenemende macht, beroofd wordt van zijn innerlijke onafhankelijkheid en min of meer bewust afstand doet van zijn autonome positie.

Het feit dat de domme mens vaak koppig is, mag ons niet afleiden van het feit dat hij niet zelfbepaald is. Als je met hem praat, heb je bijna het gevoel dat je helemaal niet met hem als persoon te maken hebt, maar met slogans, slagwoorden en dergelijke die bezit van hem hebben genomen.
Hij is behekst, verblind, gebruikt en misbruikt in zijn wezen. De domme mens die aldus een willoos werktuig is geworden, is ook tot alle kwaad in staat – en hij beseft niet dat het kwaad is. Alleen een daad van bevrijding, niet van onderricht, kan domheid overwinnen. Hier moeten wij in het reine komen met het feit dat ware innerlijke bevrijding in de meeste gevallen slechts mogelijk wordt wanneer zij is voorafgegaan door uiterlijke bevrijding. Tot dan moeten we alle pogingen opgeven om de domme persoon te overtuigen.
“Actie komt niet voort uit gedachten, maar uit de bereidheid verantwoordelijkheid te nemen. De ultieme test van een morele samenleving is het soort wereld dat het nalaat aan zijn kinderen.”
(-Dietrich Bonhoeffer)

Dietrich Bonhoeffer 1924. Foto in het Flickr account van Levan Ramishvili (levanrami) – Redacteur van Tabula, Georgisch nieuws- en opiniemedium. Tbilisi/Georgia. Bron: Flickr Public Domain Mark 1.0 – Geen auteursrechtelijke bescherming.

Over Sprouts: Wij maken cartoons voor studenten over de hele wereld. Wij willen een wereld creëren waarin leraren en leerlingen vrije toegang hebben tot materiaal. Materiaal dat boeiend en gemakkelijk te begrijpen is, ontwikkeld volgens hoge academische normen. De Sprouts-video’s worden geproduceerd door een team van freelancers en vrijwilligers die een grote passie delen voor de verbetering van het onderwijs. Momenteel is niemand van ons in staat om dit full-time te doen, maar we zijn ervan overtuigd dat dit spoedig zal veranderen. >> CHANNEL TEASER(link is extern). >> Website >> www.sproutsschools.com .