H.D. Tylle groeide op in Bayreuth en studeerde van 1975 tot 1980 vrije kunst aan de Kunsthochschule Kassel bij Manfred Bluth, die grote nadruk legde op een klassieke academische opleiding. Tegelijkertijd breidde hij zijn vakmanschap uit en ontwikkelde hij de methode die hij ook nu nog gebruikt om zijn picturale thema van de werkende wereld te benaderen. Jaren later zullen zijn foto’s nog steeds een nauwkeurig en blijvend beeld geven van hedendaagse werksituaties. Een gesprek met hem over zijn werk.
Mr Tylle, u bent een bekend artiest. Is wat je doet wat je altijd al wilde doen? Je “droombaan”, zo te zeggen?
Natuurlijk wilde ik dit beroep uitoefenen. Maar dat verandert niets aan het feit dat het een baan is die veel discipline vereist in het dagelijkse werk. Bij dagenlang onderzoek ter plaatse, bijvoorbeeld in een mijn of een staalfabriek. Ik herinner me olieverfschilderijen die op een diepte van 500 m in tunnels van 80 cm hoog werden gemaakt onder de moeilijkste lichtomstandigheden.
Zou het niet voldoende zijn om moeilijke plaatsen goed te verlichten om foto’s te nemen of een film te maken en dan te schilderen? De technologie heeft in de tussentijd immers een lange weg afgelegd.
Nee. De lichtstemming is van het grootste belang bij schilderen en tekenen. Dat kan niet kunstmatig gecreëerd worden. Schilders die werken, zoals ik, hebben neutraal daglicht nodig om kleuren tot in de kleinste nuances nauwkeurig te kunnen beoordelen. Dat is een lang leerproces. Slechts een derde van de kleuren kan echt fotografisch worden vastgelegd. Schaduwen op foto’s worden alleen getoond in lichtgrijs, grijs of zwart. In werkelijkheid bevatten de tinten vaak rood- of groentinten. Wij leren ook steeds minder om kleuren echt waar te nemen door televisie en computers. Je kunt dit een beetje vergelijken met eten. Als u voortdurend kant-en-klaar voedsel met veel smaakversterkers eet, zult u waarschijnlijk niet veel hebben aan een zelfgemaakte soep.
Intussen hebt u niet alleen over de hele wereld geschilderd, maar ook eens in de voormalige DDR. Hoe is dat zo gekomen en wat vond je van het leven daar?
Het kwam tot stand door Willi Sitte, hij was lid van het Centraal Comité van de DDR en voorzitter van de Vereniging van Beeldende Kunstenaars. Hij merkte me op en nodigde me uit voor een zesweekse plein air. Het was opwindend om daar met de kunstenaars te leven en te werken.
Is er een reden waarom kunst in de DDR intensief werd bevorderd?
Kunst was een stevig verankerd onderdeel van de samenleving. Schilderijen en beeldhouwwerken van allerlei onderwerpen waren overal in openbare gebouwen te vinden, voor het merendeel zonder politieke verwijzing.
Hoe reageerde men in West-Duitsland op uw schilderij in die tijd?
Lange tijd waren realistische schilderijen en vooral motieven uit de wereld van het werk niet te zien in galeries en musea. Na de Tweede Wereldoorlog kwam er een fase van abstracte schilderkunst, realistische schilderkunst werd gemarginaliseerd. Mensen hadden grote moeite om mijn nuchtere voorstelling van de wereld van het werk correct te classificeren. Gelukkig was dit niet altijd overal het geval. Ik denk aan de Realism Studio in Berlijn, het Landesmuseum Wiesbaden en, heel belangrijk, het Emslandmuseum Schloss Clemenswert onder zijn toenmalige directeur Eckhart Wagner.
U hebt gewerkt voor de zeer grote bedrijven in de VS, via Zwitserland naar de Meyer Werft scheepswerf. Waren de foto’s voor de Meyer Werft een opdracht?
Nee, het contact kwam tot stand in 1988 via Eckhart Wagner. Uiteindelijk kocht de scheepswerf een van de schilderijen. Natuurlijk hebben de bedrijven altijd het recht van eerste weigering.
U exposeert nu in Gut Altenkamp in Aschendorf. Wat wil je dat de mensen in je werk zien?
Tegenwoordig hebben we nauwelijks een idee hoe en onder welke omstandigheden producten die we dagelijks gebruiken, worden gemaakt. Met mijn kunst confronteer ik de bezoekers dus met een wereld die hen vreemd is en moedig ik hen aan om de industriële samenleving van vandaag eens grondig te bekijken. Tegelijkertijd laat ik een ontwikkeling zien van de industriële geschiedenis van de laatste 40 jaar en, het allerbelangrijkste, dit alles met schilderkunst.
Mr Tylle, dank u voor het interview. A.T.L