Zwemvijver met buitendouche, een zithoek met barbecue, perfect aangelegde plantvakken, bestratingen, natuursteenwerk, irrigatiesystemen of de bouw van omheiningen. Garten Marsmann doet dit al 13 jaar. Het in Rhede gevestigde bedrijf ontwikkelt zich langzaam maar gestaag tot een grootschalige onderneming. Een interview met Nils Marsmann Schimansky over het beroep van landschapsarchitect, de realiteit van het vak en de klimaatverandering.

De heer Marsmann Schimansky: “Laat me je tuin zien en ik zal je vertellen wie je bent”, zou u zeggen dat dat waar is?
Het is een beetje zoals dat. De omgeving die we inrichten, of dat nu binnen of buiten is, zegt veel over onze persoonlijkheid. Sommigen stellen een nauwkeurig gesnoeide heg op prijs omdat orde en overzicht voor hen belangrijk zijn. Anderen vinden het heerlijk als de natuur welig tiert en zijn blij met alles wat kruipt, kruipt en vliegt in de tuin. Een geslaagde tuin is altijd een uiting van vervulde verlangens. Aangezien verlangens zeer individueel zijn, zijn de voorwaarden voor een “geslaagde tuin” onvermijdelijk verschillend. Er is dus geen octrooirecht.

Landschapsarchitectuur is niet het klassieke beroep dat jongeren cool vinden. Wat doet je besluiten om deze opleiding te doen?

Ik heb altijd graag in en met de natuur gewerkt, – net als het handwerk in de tuin. Op een gegeven moment verwijderden we privé hout, ik hielp als tiener, dat vond ik leuk en zo besloot ik om bij de stad een opleiding tot landschapsarchitect te volgen. Na een paar jaar in verschillende bedrijven, werd ik een meester tuinman. Ik ben nog steeds graag buiten, al doe ik nu meer het zakelijke gedeelte. Dit beroep vereist niet alleen technische vaardigheden, maar ook een zekere mate van creativiteit en een ontspannen aanpak. Dat bevalt me wel. Dat geldt ook voor het contact met de klant, er zijn altijd situaties waarin we langs elkaar heen hebben gepraat of waarin fouten zijn gemaakt. Ik zoek altijd directe discussie.

Het koude seizoen is begonnen, betekent dat minder werk voor u?
Nee, niet als regel. We werken meestal de hele winter door, behalve op dagen dat het echt onder nul is. Dan komt de slechtweervergoeding nog om de hoek kijken. Natuurlijk kunnen we ook overwegen om een winterdienst aan te bieden, maar daar heb ik op dit moment nog niet over nagedacht.

Je creëert mooie, artistieke tuinen, beschouw je jezelf als een kunstenaar?
Tot op zekere hoogte moet je dat wel, tenminste als je privétuinen aanlegt. Intussen maken echter ook vele grote tuinen deel uit van ons werk en daar is natuurlijk ook praktisch nut vereist. Met 20 werknemers, moet je proberen alle gebieden te bestrijken.

Heb je liever grote bouwplaatsen?
Ze zijn gemakkelijker te plannen, de structuren zijn vaak duidelijker. Maar het is niet zo dat we helemaal geen kleine klusjes aannemen. Het is een goede mix.

Meneer Marsmann Schimansky, u werkt al vele jaren buiten met planten. We praten de hele tijd over klimaatverandering, hoe beïnvloedt dat de tuinbouw? Plant u andere planten dan 10 of 15 jaar geleden, bijvoorbeeld?
Nee, we planten nog steeds dezelfde soorten en er is niets veranderd wat de bloei betreft. Wat veranderd is, is dat er vaak stortbuien zijn en dat de winters warmer zijn.

Is het klimaat eigenlijk een probleem voor u?
Een zeer groot probleem. Er werd overwogen om een elektrische wiellader aan te schaffen. Het is erg duur, maar het zou haalbaar zijn. Maar hoe maak je het hanteren een realiteit? Het grootste probleem zou zijn, waar haal ik de elektriciteit vandaan? Ik kan niet naar de klant rijden met een elektrische wiellader en hem zeggen, “We hebben uw elektriciteit nu nodig. Dat lijkt nog niet helemaal ontwikkeld te zijn, dus ik ben nog op zoek. Maar er zijn veel eenvoudige tips die kunnen worden toegepast om het klimaat te beschermen. Vermijd verzegelde oppervlakken. Natuursteen wordt aanbevolen in plaats van betonnen bestrating. Meer groen, meer planten in tuinen en op terrassen zorgen voor verkoeling, houden CO₂ vast en verbeteren het klimaat voor ons allemaal.

Dank u voor het interview. A.T.L